De Vervloekten van het Bruine Goud 2. Sao Tomé, 1850

De handel in chocolade is volop in opmars. Het ‘bruine goud’ wordt voortaan niet enkel als drank genuttigd, maar ook in reepvorm. Voor het eerst in zijn eeuwenoude geschiedenis wordt cacao ook buiten Zuid-Amerika geteeld: op São Tomé, een klein eiland voor de Afrikaanse kust. Daar arriveert Philippe Da Costa Bourbon om zijn geluk te zoeken in de chocoladesector. Hij ontmoet de jonge erfgename Sofia Socrates.

Haar familie bezit een cacaoplantage, maar Sofia wil breken met een eeuwenoude, beschamende praktijk: slavernij. Philippe daarentegen is naar het eiland gestuurd met een duidelijke missie: slaven aankopen, zodat de zaken van zijn vader kunnen bloeien. Toch begint zijn blik op de wereld te veranderen onder invloed van Sofia, en tussen hen bloeit al snel een passionele liefde op.

Ondertussen zet ook Dom Louis, Philippes vader, voet aan wal. Achtentwintig jaar geleden verloor hij alles door toedoen van Sofia’s vader. Nu wil hij nog maar één ding: wraak. Verblind door woede is hij bereid zich te keren tegen zowel Sofia als Maïra, haar voormalige slavin.