De eerste verhalen van de langlopende strip De Mini-Mensjes verschenen in 1967 in het weekblad Robbedoes/ Spirou. Veertig jaar en 45 albums later worden de complete avonturen van de Mini-Mensjes, inclusief de talloze korte verhalen en een uitgebreid dossier op prachtige wijze integraal uitgegeven. Nu zijn niet alle verhalen even sterk maar vooral de eerste dertien albums zijn klassiekers.
Hoofdpersonen van deze nog immer leuke strip zijn avonturier De Vries, zijn vrienden Strooker en Appelaar, uitvinder en professor Hondegger, Grietje (die De Vries vaak tot waanzin drijft) en sterpiloot Bommers. Het vredelievende volk van de minimensjes ontstond doordat de meeste bewoners van het fictieve dorpje Ellendam door een geheimzinnige meteoriet sterk verkleind werden. In het eerste album rijdt een vrachtwagen in op een stuwdam, waardoor het in een leegstaand waterreservoir gevestigd volkje bedreigd wordt door een overstroming en onze helden uiteindelijk Ellendam moeten verlaten. Gelukkig vindt men een paar grotten aan de kust waar Ellendam II wordt gesticht. Hier spelen alle volgende verhalen zich af. Tenminste als men niet Atlantis bezoekt of ruimtereizen maakt. Met behulp van het door de professor ontworpen futuristische luchtvoertuig de Coleopter is worden veel bedreigingen afgewend. Zo moeten ze het niet alleen opnemen tegen kwaadaardige grote mensen maar ook tegen katten, bloeddorstige militairen, roofvogels en vismensen. En ook komen ze de Katamarom tegen.
Schrijver en tekenaar van deze serie is de Belg Pierre Seron, die zijn carrière in de stripwereld begon als assistent van Dino Attanasio (Bob Morane, Spaghetti en Johnny Goodbye) en Mittéï (Rik Ringers en Natasja). Hij begon in 1967 met het publiceren van Mini-Mensjes strips. Hou je van avontuur met –soms meer dan- een vleugje sf, dan zit je goed bij de Mini-Mensjes. Zeker als je van de zogenaamde atoomstijl van grootheden als Franquin (Guust, Robbedoes en Kwabbernoot), Jijé (Jerry Spring, Tanguy & Laverdure) en Will (Baard en Kale, Isabel) houdt.